OP HET PODIUM MET NIET-AANGEBOREN HERSENLETSEL

Schrijfsels over NAH

  • Blog

Doorbordurend op 'Relativeren kun je leren

Borduren was in het verleden een van mijn hobby’s. Ik heb er op zolder nog wat overblijfselen van. Als ik die tijdens het ophangen van de was zie staan, begrijp ik niet waar ik toen de tijd vandaan heb gehaald. Naast borduren bezat ik drie  kinderen, oudere ouders, zieke vriendinnen, een ernstig ziek zusje!  Ik had meerdere hobby’s en een bijna fulltime time baan in de zorg, waar ik ook nog een specialisatie verloskunde en een management opleiding voor doorliep. 

En niet te vergeten ik was een fanatiek lid van de oudercommissie en organiseerde het jaarlijkse schoolkamp. De hele populatie van de basisschool ging vier dagen mee, de kleuters kwamen een dag op visite. Dit alles anno jaren tachtig! En ik voelde er me goed bij!

Van zowel een hulp in de huishouding als kinderopvang was in die tijd geen sprake. Je regelde en deed alles zelf, als vrouw. Vaders hadden in die tijd zo hun eigen baan en bezigheden. Alsof ik over de prehistorie schrijf, oeps.

Tegenwoordig, veertig jaar later en een heleboel zorgen voor… achter de rug, heet ik mantelzorger. Mantelzorger van NAH-Lief. Let wel, NAH-Lief is niet de vader van mijn kinderen… hij heeft er zelf twee die ver weg in den lande wonen, net als mijn eigen kinderen.

En ik, ik heb het zwaar, steeds opnieuw zit ik tot over mijn oren in het 'werk' rondom NAH-Lief, wat steeds uit een andere hoek komt. En ik ben niet de enige. Hoor het ook om me heen!

Dan denk ik vaak terug aan vroeger waarin ik ook zorgde en niet 'mantelzorger' heette. Ik vraag me af waar de zwaarte dan nu in zit? Is de maatschappij zo veranderd? Heeft corona het sociale verkeer tussen mensen ontwricht? Zijn we met zijn allen niet meer bereid tot?

Ik kan me niet herinneren dat er vroeger wel rijen hulptroepen op de stoep stonden. De meesten vonden me een Dolle Mina, wat ik niet was. Ik had wel vriendinnen en een moderne moeder waarbij ik terecht kon en die tegen betaling, ik verdiende immers zelf, ook oppaste. Ik deed gewoon, voelde me geen mantelzorger, heette niet zo en werd zo niet genoemd, was blij gewoonweg iets te kunnen betekenen voor iemand in nood, en zeker voor mijn zieke zusje!

Heden ten dage heb ik het vrijwilligerswerk niet losgelaten en zit ik op plaatsen waar men zich bezighoudt met het fenomeen mantelzorger.

In de gemeente waar ik woon is onlangs een groot onderzoek gestart naar het wel, wee en waarom van mantelzorgers. En ik mag meedenken. Wat hebben mantelzorgers nodig, waar lopen ze tegenaan en hoe en waarmee kunnen ze het beste ondersteund worden?

Er is een enquête gehouden waarvan de uitkomst in het najaar bekend wordt gemaakt. Zo ook de conclusies en adviezen. En ik vind dat heel spannend, ben er heel nieuwsgierig naar. Want waar ligt dat ‘Zo zwaar voelen’ aan?

Aan dat wat ik eerder noemde, de coronatijd, een veranderde maatschappij? Aan dat je een naam als mantelzorger hebt, dat het ‘een baan’ wordt genoemd? Dat je er een ‘compliment‘ vanuit de overheid voor krijgt? Gaat het een betaalde baan worden? Dat er veel meer echtscheidingen en complexere gezinssituaties zijn? Dat ouderen langer thuis wonen, ouder worden dan eerst? Dat de ander niet weet dat een mantelzorger het zwaar heeft OF die ander het zelf als mantelzorger al zwaar genoeg heeft? Bestaat mantelzorgschaamte…? En mantelzorgeenzaamheid?  Mantelzorgveteraan? Valt er veel meer te mantelzorgen als vroeger of anders i.v.m. vergrijzing en ziektes? Loopt iedereen over? Of is de wereld (rondom de zorgvrager) complexer geworden? Of de mensheid individueler, ikke, ikke? Of is het simpelweg dat we met z'n allen weer moeten gaan leren omkijken naar elkaar?

Wie het weet mag het zeggen!

Tja, relativeren kun je leren… ik doe dat vandaag opnieuw door te stellen dat je nog altijd beter af bent door zorg te geven dan te moeten ontvangen…. Eet een ongezond broodje en drink in alle gezondheid een kopje thee.

Bezorgde mantelzorggroet, Truike